Op weg naar vrijheid

Veertigdagenproject kindernevendienst

Het Veertigdagenproject van de kindernevendienst is in 2020 door de coronacrisis goeddeels in het water gevallen. Dat is jammer, vooral omdat het om een geheel eigen project ging.

Op weg naar vrijheid

Is dat niet juist vrijheid, dat je soms zelf je eigen weg gaat? Daarbij moeten vooral de namen van Florisca van Willegen (voor het ontwerp) en Julia de Jong (voor de tekeningen) worden genoemd. In de diensten is er wel aandacht besteed aan de tekeningen, maar anders dan anders. De uitvoering was een enorm uitklapboek, dat op Pasen helemaal terugblikkend de weg had moeten laten zien van het volk Israël naar de vrijheid.

Op deze manier zijn de details niet goed te zien, daarom een beschrijving per zondag en per afbeelding.


 

Zondag 1 maart 2020 begon de tocht, toen Mozes bij de brandende braamstruik geroepen werd om mee te helpen met de bevrijding van zijn volk. Het thema wasL God gaat zelf mee, want in dit verhaal vertelt God aan Mozes het geheim van zijn naam, die betekent: ‘Ik zal erbij zijn’. God begint, hij maakt de tocht naar de vrijheid mogelijk, maar mensen moeten meehelpen, Mozes als eerste.

 


Zondag 8 maart hoorden we dat Mozes helemaal niet stond te trappelen om aan de slag te gaan: hij vond zichzelf niet geschikt, hij wist niet hoe hij zijn volk moest overtuigen, en hij kon ook niet zo goed spreken in het openbaar – zei ‘ie. Maar hij krijgt hulp: zijn broer Aäron komt hem tegemoet: Soms heb je een reisgenoot nodig. We zien ook al de staf die verderop zo’n belangrijke rol speelt.

 

 

 

 


Zondag 15 maart was de eerste zondag dat we niet samen in de kerk konden zijn. Het verhaal van bevrijding kwam nog niet echt op gang: farao wilde het volk niet laten gaan en het volk zelf was ook niet bepaald enthousiast, toen de farao de verdrukking verzwaarde. Maar Mozes krijgt van God opnieuw te horen wat het uitzicht is, waar het toe moet. Hou de goede toekomst voor ogen die God wil geven: Je wordt een richting opgestuurd.

 

 

 

 


Zondag 22 maart wordt het serieus. Omdat Egypte niet naar God wil luisteren komen er plagen, eigenlijk ‘slagen’, waarschuwingen die steeds ernstiger worden. De eerste is, dat de Nijl rood als bloed wordt. Israël moet leren dat de rivier die hen leven geeft, dat niet automatisch doet. Door de staf van Aäron wordt ‘ie bloedrood, en het water ondrinkbaar. Misschien doet dat wel denken aan de bloedige onderdrukking van de slaven: laat ze toch gaan!

 

 

 

 


Zondag 29 maart hoorden we dat de farao nog weinig geleerd had van de eerste plagen (er kwam ook kikkers, muggen, sprinkhanen, steekvliegen en nog veel meer ellende) en hier, bij de zevende plaag, hagelstenen! De farao schrikt er wel van, maar hij verandert niet van mening. Kan dat goed gaan?

 

 

 

 

 


Zondag 5 april wordt het heel ernstig. De laatste plaag nadert. Farao heeft nog niet door dat hij en zijn volk op een doodlopende weg zitten (zie het verkeersbord bij de vorige zondag). Israël, zegt God, is Mijn eniggeboren zoon. Als je daaraan komt, dan kost het jullie zelf je eerstgeboren zonen. Een heel verdrietig verhaal, en het verdriet van farao, zijn tranen, is ook in beeld gebracht.

 

 

 

 


 

Zondag 12 april was het Pasen en kwam de laatste plaat in beeld: Vrijheid! Zelfs het leger van farao achter hebt aan en een muur van water voor hen kan hen niet tegenhouden: Mozes strekte zijn staf uit en het water week uiteen, er opende zich een weg naar de vrijheid. De oude Mozes (80 is ‘ie!) staat te dansen van vreugde. Israël is vrij!

Het verhaal is nog niet uit. In de komende weken tot aan Pinksteren ontdekken we dat bevrijding het begin is, maar dat in vrijheid leven met elkaar nog wel een kunst is: wat doe je als er tekort is aan water en eten, als er een vijand komt? Er komen nog veel meer mooie verhalen.